De plaats aan de kop van de steiger was niet zo best. We krijgen twee bootje naast ons, en twee dagen flinke wind dwars op de boot. Plus er is steeds geloop over de boot.
Vanaf Norderney is het weer erg bepalend voor onze terugreis. Het waait continue hard uit het westen, de ene dag windkracht 6, de andere windkracht 7, en heel af en toe wat minder. We zien geen weergat om over zee terug te varen, dus we besluiten binnendoor te gaan. Over het wad naar Delfzijl, en daar over de kanalen via Groningen, het Lauwersmeer en Leeuwarden naar Harlingen. Van Harlingen het IJsselmeer op, en dan verder riching IJmuiden. Bij IJmuiden kunnen we dan hopelijk de zee weer op.
Maar eerst wachten op Norderney op redelijke wind om over het wad te varen. We verkennen het stadje Norderney een beetje. Veel hotels, restaurants en winkels om de toeristen te bekoren. Als wij er zijn is het Weinfest aan de gang, we laten ons verleiden tot een wijntje met een hapje.
Zo in de stad is het gewoon mooi weer, de zon schijnt en je voelt de wind niet zo. In de haven is het een herrie. We besluiten woensdag 13 augustus verder te varen naar Delfzijl, via de voor ons nieuwe route over het wad. Bij vertrek van de lager wal lopen we een kras op aan de metalen steiger. Eenmaal uit de haven is lastigste stukje aan het begin, waar je de zandbank tussen Norderney en Juist over moet. Een ondiep stuk, waar de deining van de Noordzee doorheen loopt. De boot schuift over de deining, maar gelukkig is het diep zat. Daarna kunnen we verder over het Memmert Wattfahrwasser, een geul onder Juist die met bakens is uitgezet. Het is in de geul overal diep, meer dan 2 meter als we er 2 uur voor hoogwater varen.
Verderop richting Delfzijl voert de route over de Osterems, vroeger de hoofdgeul van de Eems. Nu een zijtak die over nog een wantij naar Delfzijl voert. Ook daar staat 2 – 3 meter water als we over het wantij varen. We zijn net na hoog water bij Delfzijl, nog voor de ebstroom echt gaat lopen. We kunnen snel door de sluis, en volgen een Duits passagiersschip naar Groningen.
Bij de stad Groningen stoppen we om 7 uur ’s avonds, als de bruggen niet meer draaien. We overnachten in de haven van de Groningse Motorboot Club, een kleine, rustige haven aan de rand van Groningen.